Whitepaper: Onszelf organiseren op wereldschaal
Whitepaper · Door: SietseR
info@cocratie.co · www.cocratie.co
versie 1 · juli 2024 · alle rechten voorbehouden
Samenvatting: Cocratie is een onbeperkt op te schalen organiseerstructuur van #1 verantwoordelijke individuen (@geesten) die in vrije #2 verbinding en in 100% horizontale #3 verhouding samenwerken en -leven in hun werk- en leefgemeenschappen, mét elkaar vergaderen (#ding) en zélf de besluiten nemen.
Als er een (werk-, leef- of kennis-)gebiedsoverstijgend #ding nodig is, kiezen zij hun directe #4 vertegenwoordigers uit hun midden, die samenkomen in open #5 vergaderingen voor afstemming en overeenstemming en directe #6 verantwoording afleggen aan hun vertegenwoordigden.
Zo ontstaat een onafgebroken keten, van de kleinste deeltjes (individuen) tot het grootste geheel (wereld) zonder enige machtsoverdracht. De integriteit van de keten wordt gedragen door de gemeenschappen zélf en zij plukken daar mét elkaar de !vruchten van: #7 vrijheid, #8 vrede en #9 voorspoed.
Startpunt
We hebben een monster geschapen
De dingen werken niet zo best. Overal om ons heen zien we dat ‘het systeem’ niet langer doet wat het moet doen. Het loopt piepend en krakend vast. Het is vervallen tot een vrije val. Waarom? Omdat de ‘orde’, die in basis al eeuwenlang onveranderd is, totaal verouderd is en niet schaalbaar blijkt. En dit was eigenlijk altijd al bekend, maar is regelmatig vakkundig onder het tapijt geveegd om de gevestigde belangen niet in het geding te brengen en zo de orde (en de bijbehorende voorrechten) te kunnen handhaven.
In plaats van ons denken te draaien en onze creatieve kracht te richten op een samenleving en samenwerkingen die worden gedragen door de mensen zélf, bouwen we als afhankelijke agenten laag voor laag door aan de terminale overorganisatie van dezelfde, verouderde, wereldwijde piramidestructuur. Met elke extra laag wordt álles wat persoonlijk is politiek gemaakt, wordt de orde exponentieel ingewikkelder, lijft alles en iedereen van waarde in (incorporatie) en vormt niet langer de oplossing, maar is zélf de oorzaak van de problemen. Door de zucht naar kunstmatige eenwording en maakbaarheid ontstaat door totale uitholling en ontmenselijking een machtsvacuüm waarin niemand nog aansprakelijk of verantwoordelijk is en enkel berekenend handelt (what’s in it for me?). No one cares.
We scheppen precies dát wat we vrezen: een monsterlijk onding. Het heersende besturingssysteem, de monocratie van de gevestigde ‘Orde’, heeft de neiging om machten steeds verder te bundelen in een top tot een monopolie (alleenrecht) op besluitvorming en uitvoering (executie, wat komt van de pauselijke exequatur), een monoloog van ‘top’ naar ‘down’ en een monocultuur van uniforme, gehoorzame ‘burgers’ die netjes ‘in lijn’ lopen met een monotoon leven en werk. Alles om de orde te handhaven onder dreiging van geweld. Het resultaat is dat praktisch álle denk- en organiseerkracht wordt verspild in de megalomane bureaucratische administratie van big government en big business en onder het mom van ‘kenniseconomie’ dit wordt verkocht als positief, progressief, logisch en vooral rechtvaardig.
Dit onbezielde en ontmenselijkende monster is het logische gevolg van onze meest beperkende overtuiging rondom de meest machtige technologie allertijden, grootschalige organisatie. We blijven onszelf en elkaar vertellen: “Wij zijn van nature niet in staat onszélf op grote schaal te organiseren, dus moeten wij ons kunstmatig láten organiseren.” Omdat onze heersers deze valse voorwendselen blijven herhalen, bundelen ook zij de machten steeds ‘hoger’. Waarmee wij continu op het randje van fascisme (‘machtsbundeling’) blijven balanceren.
Ondertussen blijven we elkaar ook vertellen: “Dit is de enige manier.”, “Er is geen alternatief”, “Zo werkt het nu eenmaal”, “Anders vervallen we in anarchie, tribalisme en tirannie“, “We hebben het nog nooit zo goed gehad” en “Niet iedereen kan overal over meepraten!” Maar het is niet waar, het zijn allemaal verhaaltjes. De realiteit is namelijk: het ‘werkt’ helemáál niet en er zijn wel dégelijk alternatieven voor de heersende machtsstructuren. Echter, zolang we dat niet onder ogen durven komen, vallen we, uit een kunstmatig aangeprate angst voor wanorde, steeds weer terug op dezelfde ‘oplossing’: méér van dezelfde, gevestigde orde. We lopen in cirkels en beperken onze eigen scheppingskracht om te rechtvaardigen dat ánderen (oversten) ons als ondersten op afstand mogen besturen, overheersen en onderdrukken.
Wat nodig is, is om in te zien dat de enorm ingewikkelde, kunstmatige orde zoals we deze nu kennen niet werkt, nooit heeft gewerkt en niet kán werken. Niet op kleine schaal, niet op grote schaal, laat staan op wereldschaal. De orde schépt wanorde. En om in te zien dat het niet zozeer aan de machthebbers of de machtsstructuren an sich ligt, maar aan de denkgroef, het hardnekkige misverstand waarin we onszelf gevangen houden, dat wij van deze orde afhankelijk zijn voor onze vrijheid, vrede en voorspoed, terwijl deze precies het tegenovergestelde bewerkstelligt: slavernij, strijd en schuld. En het enige wat ons hier continu in vasthoudt of ons hiervan weerhoudt de mensen zelf zijn die ófwel ervoor kiezen in dit verhaaltje mee te gaan ófwel ervoor kiezen steeds weer het goede doen.
We kunnen onszelf hiervan bevrijden door in te zien dat bepaalde dingen wel dégelijk werken. Dat ondanks al het gecentraliseerde organiseergeweld er een heleboel wél goed gaat. En dat dit altijd van groepen mensen komt die mét elkaar uit zichzelf simpelweg het goede doen. Wij zijn namelijk wel dégelijk in staat zijn onszelf op grote schaal te organiseren. Van het kleinste deeltje, het individu, tot het grootste geheel, de wereld. Het kan écht. Deze organiseerstructuur (géén nieuw politiek systeem) heet cocratie en bestaat al zo lang als de mens bestaat. Wat wel ongekend is, om de beginselen oneindig en heel zuiver en efficient op te schalen tot op wereldschaal, met minimaal snijverlies, omdat de uitvoering dáár is waar het gebeurt en enkel wordt opgeschaald waar dit nodig is. Het begint niet meer ‘bovenin’, ook niet ‘onderop’, maar van binnenuit. Zo klein als mogelijk. En zo groot als eventueel nodig. Maar nooit ‘hoger’ of ‘lager’.
Hoewel het technisch kinderlijk eenvoudig is om tot wereldwijde vrijheid, vrede en voorspoed te komen, is dat niet wat praktisch het verschil zal maken. Al die tijd zochten we naar de oplossing buiten onszelf, maar het bleek dat deze immer binnenin onszelf lag te wachten op bevrijding. Om de rijke complexiteit van mensen niet langer geweld aan te doen, volstaat het niet meer een nieuwe structuur buiten of boven onszelf te plaatsen bij afstandelijke enkelingen, strikte systemen en ingewikkelde ideologieën, maar binnen onszélf en tussen elkáár. Gebaseerd op de échte wereld. Mensenwerk. Deze tijd vraagt van ieder van ons om onze eigen verantwoordelijkheid te pakken, zonder dwang of drang. Jij en ik zijn nu zélf aan zet. Mét elkaar. Co. Daar ligt de sleutel voor échte vrijheid, vrede en voorspoed.
Cocratie begint enerzijds dus bij ieder van ons, maar anderzijds vooral bij het ermee oefenen. Ervaring opdoen met zelforganisatie en zelfbestuur, zonder aangeleerd afhankelijk terug te vallen op hogere machten, zoals markten of staten. De keuze is dus aan jou. Want jij beslist. Als enige. En niets of niemand anders kan dit vóór jou doen. Nee, geen enkele nieuwe heerser of kunstgreep, zoals een ‘universele verklaring van de rechten van de mens’, grondwet of onafhankelijkheidsverklaring van een collectief, komt jou redden. Het is daarom tijd voor een individuele verklaring van onafhankelijkheid.
Mijn individuele verklaring van onafhankelijkheid
Deze verklaring is puur voor jezelf, voor niemand anders. Er wordt geen register van bijgehouden en niemand kan er rechten of plichten aan ontlenen.
#1Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, een zelfstandig en ondeelbaar individu van vlees, bloed en geest ben. Ik ben als enig mogelijke eenheid verantwoordelijk voor mijn binnen- én buitenwereld en begrijp dat het onmogelijk is mijn eigen lasten naar iets of iemand anders te verleggen.
#2Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, in vrije verbinding met mijn medemensen hen beter kan leren kennen en via hen mijzelf. Niemand behoeft iets te doen voor een ander, behalve uit gemene of vrije wil. Ik zal hun vrijheid niet schaden, noch mijn wil opdringen of dwingen.
#3Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, in volledig horizontale verhouding met mijn medemensen leef- en werkgemeenschappen kan vormen rond de gebieden die ertoe doen en waar iets te doen is. Niemand kan mij dwingen een macht of eenheid bóven mij te erkennen of dulden.
#4Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, bereid ben de directe vertegenwoordiging op mij te nemen namens mijn medemensen die mij zulks toevertrouwen en mij bekwaam achten. Ik kan aan deze eer geen recht of macht ontlenen óver iets of iemand anders.
#5Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, direct een open vergadering, klein of groot, bijeen roep als zich een #ding voordoet waar ikzelf, mijn medemensen of hun directe vertegenwoordigers mét elkaar afstemming en/of overeenstemming over hebben te vinden.
#6Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, bereid ben om directe verantwoording af te leggen over mijn woorden, keuzes en daden. Ik draag zorg voor de integriteit van de gehele keten van directe vertegenwoordiging en vergadering, van kleinste deeltje tot grootste geheel.
#7Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, door de verantwoordelijkheid voor mezelf en mijn wereld te nemen, in staat ben in volle vrijheid te leven en niets of niemand mij of mijn medemensen deze vrijheid kan ontnemen, tenzij ik dit uit vrije wil toesta en immer kan intrekken.
#8Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, op basis van al het voorgaande, kan werken aan vrede in mijzelf, mijn gemeenschappen en de wereld. Ik verricht of accepteer geen enkele daad van agressie, ingrijpen, geweld of dwang vanuit mijzelf of anderen jegens mijzelf of anderen.
#9Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, ál mijn medemensen en mijzelf van harte deze verantwoordelijke vrijheid en vrede gun en mét hen wens te werken aan voorspoed voor een ieder, zonder iets of iemand te misbruiken of misleiden voor eigen of andermans gewin.
Deel A
Over @Geesten
Cocratie betekent in de kern “Ik en jij hebben het mét elkaar voor het zeggen en in basis niets of niemand anders buiten of boven ons” en vormt een social fabric en onafgebroken keten van directe vertegenwoordigers die met elkaar direct vergaderen en direct verantwoording afleggen van het kleinste deeltje (individuele mens) tot het grootste geheel (de hele wereld). Voordat in deel B de kernbegrippen van cocratie worden behandeld, moet het eerst gaan over de voorwaarden om op die manier te kunnen leven en werken. Want alleen onze beperkende overtuigingen staan ons in de weg. De denkgroef dat wij geen cocreators zijn. Daarmee scheppen wij een monster dat onbezield en onbegeesterd is. Bezieling en begeestering in onszelf en bij anderen zijn wat wij in de moderne tijd het meeste missen en zoeken.
#1 Verantwoordelijk
Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, een zelfstandig en ondeelbaar individu van vlees, bloed en geest ben. Ik ben als enig mogelijke eenheid verantwoordelijk voor mijn binnen- én buitenwereld en begrijp dat het onmogelijk is mijn eigen lasten naar iets of iemand anders te verleggen.
Het eerste #ding ontstaat als ieder van ons wordt geboren. Als ondeelbaar individu. We hebben allemaal onze wensen en ideeën voor ons leven en willen dat er zo min mogelijk in de weg staat van onze onafhankelijkheid om dit te bereiken. Er is echter één probleem. Als we worden geboren is ieder van ons dit vergeten en daarom zijn we afhankelijk van anderen. We zijn onwetend, weten niet wie wij zijn, waartoe wij hier zijn en waartoe wij in staat zijn. We hebben ons geweten geparkeerd en besteden onze eigen verantwoordelijkheid uit aan iets of iemand anders. Terwijl deze altijd van ons is en blijft. En dit is de start van heel veel gedoe in onze wereld.
Het kwaad dat wij elke dag om ons heen kunnen waarnemen komt daarom niet enkel van ‘boven’, maar vooral van ‘binnen’. Omdat wij als levende mensen op aarde niet-heel zijn, maar onszelf hebben beperkt om een bepaalde beleving te kunnen hebben, verlangen we continu terug naar ‘huis’, om weer heel te zijn. Dit verlangen naar eenheid in onszelf projecteren wij echter naar buiten toe en zoeken deze eenheid buiten onszelf, in die buitenwereld. Of dit nu in de geestelijke, natuurlijke of kunstmatige wereld is. Overal zoeken we ernaar, maar vinden deze niet. We waren al die tijd op zoek naar onszelf.
We zijn vergeten wie we zijn, vertrouwen onszelf niet en reduceren ons uit bestaansangst tot anonieme agenten en passieve passanten in grootse systemen, waarin wij ‘veilig’ enkel nog orders hoeven op te volgen en niet meer in staat zijn goed van vals te onderscheiden en daarmee uit onszelf het goede te doen. Dat is de oorsprong van het valse en kwade, het ontbreken van het goede. Het feit dat wij ons niet kunnen voorstellen dat wij onszelf kunnen organiseren, start met deze individuele overtuiging: ““Ik ben niet in staat mijzélf te organiseren, dus moet ik mij láten organiseren.”
Deze overtuiging zit zo ontzettend diep, dat deze overal terugkomt. De grootschalige organisatie waar wij onze volledige samenleving mee hebben geïnstitutionaliseerd is gebouwd op de beperkte aansprakelijkheid van personen (de kunstmatig-administratieve ‘stroman’ van de mens) en rechtspersonen (waarbij eigendom tot persoon is gemaakt) die zich steeds beroepen op hun beperkte functionaliteit, de grenzen van hun functie. Dit heeft ons in staat gesteld om enorme piramides en chains of command op te zetten, maar het heeft ons ook klein en mono-afhankelijk gemaakt. Vele mensen zijn volledig gedesillusioneerd geraakt door de ontzielde en ontzielende bureaucratieën die de perverse prikkel in zich hebben om steeds weer de verantwoordelijkheid te verleggen naar iets of iemand anders (kastje naar muur, van bureau naar bureau), waardoor niets of niemand nog verantwoordelijk of aansprakelijk is en er een enorm onmenselijk monster ontstaat. Leviathan.
Deze tijd van centralisatie en tight coupling is geweest en mensen beginnen zich er in grote getalen van af te keren. Al was het maar om zichzelf te redden. Deze overtuiging, dat we niet in staat zijn en enkel orders kunnen opvolgen, is de basis geweest van de grootste man-made rampen en oorlogen van de afgelopen eeuwen. Hoewel de schijn is gewekt dat dit is voorkomen door in het systeem checks and balances te bouwen, is het vooral een strijd om wie de hoogste macht mág veroveren. En die strijd houdt nooit op, omdat er altijd weer een nieuwe hoogste macht moet komen omdat deze zichzelf niet kan controleren. Zo blijft het systeem enorm kwetsbaar en wankelen we continu op het randje van totale willekeur, tirannie en wanorde. Ineenstorting. En die onrust voelen we allemaal en uit zich in polarisatie.
Cocratie is niet langer gebaseerd op deze strikte systemen met afstandelijke enkelingen en hun ingewikkelde ideologieën, maar is gebaseerd op de veelheid van kleinste ondeelbare deeltjes die wij kennen, individuen. Niet de ‘laffe’ burgers of personen, die zich verschuilen achter hun maskers (persona), orde en orders, maar de individuen die de moed hebben om de volledige verantwoordelijkheid te dragen voor de eigen binnenwereld, wetende dat dit de oorzaak is van de toestand in de buitenwereld. Die is daarvan het gevolg. Elke geest is daarom oorzaak en gevolg, cocreator van onze gedeelde werkelijkheid, waarin alles en iedereen met elkaar is verbonden als groter geheel (en niet als eenheid). En buiten deze cocreators hoeft niets te worden aangenomen als extra factor om onszelf te kunnen organiseren op grote schaal.
Het individu is de enige hoogste macht, omdat het als enige een ondeelbare eenheid is en over zichzelf kán beschikken. Als je een individu deelt, is het stuk. Elke eenheid en soevereiniteit daarbóven kan enkel worden aangenomen door een fictief zelf (persoon of rechtspersoon) te scheppen. Dit is daarom nooit of te nimmer een individu, maar een ‘dividu’. Deelbaar dus. Deze aanname van individualiteit op een hoger niveau leidt tot een enorm ‘lichaam’ (corpus, corporatie) die de macht ‘belichaamt’ en alles en iedereen ‘inlijft’ (incorporeert) en leidt tot machtsstructuren die individuen voorschrijven hoe te handelen en gehoorzaamheid afdwingen om de fictieve eenheid te bewaren. Zolang er hogere machten worden aangenomen boven het individu, zijn slavernij, strijd en schuld het gevolg en vrijheid, vrede en voorspoed slechts schone schijn.
Dus, ook al willen mensen geen verantwoordelijkheid, ze dragen het toch. Altijd. Of ze nou willen of niet. Het start daarom allemaal bij het herinneren. Dat ieder van ons zich herinnert wie wij werkelijk zijn en wat ons te doen staat. Zo worden we van grote kinderen verantwoordelijke volwassenen. En volwassenen kunnen zich in vrijheid met anderen verbinden.
#2 Verbinding
Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, in vrije verbinding met mijn medemensen hen beter kan leren kennen en via hen mijzelf. Niemand behoeft iets te doen voor een ander, behalve uit gemene of vrije wil. Ik zal hun vrijheid niet schaden, noch mijn wil opdringen of dwingen.
Het tweede #ding ontstaat als twee (of meer) individuen zich mét elkaar verbinden om samen iets voor elkaar te krijgen waar zij allebei baat bij hebben. Dan is het niet meer eenvoudig, ontstaat een complex (meer dan ‘één‘) en wórdt het ook complex. En dienen zij er samen uit te komen. Want daar draait het in elke vrije, vredige en voorspoedige gemeenschap om: Hoe kunnen mensen omgaan met belangenconflicten (conflicts of interest)? Denk bijvoorbeeld aan schaarse of publieke goederen of over gebieden van algemeen nut: kunnen zij het #ding dat hierover ontstaat in eigen kring bespreken en oplossen of moeten zij dit aan een derde partij overláten, zoals een buitenstaander of autoriteit die een finaal vonnis uitspreekt en dit kan verplichten en afdwingen onder dreiging van geweld? Dat is het idee van een rechtsstaat.
De huidige grootschalige organisatie is gebaseerd op het idee dat mensen en dingen van elkaar gescheiden zijn. Scheiding tussen lichaam en geest, tussen A en B (hier en nu, daar en dan), tussen binnenwereld en buitenwereld, tussen aarde en hemel, enzovoort. Alle systemen zijn op deze vooronderstelling gebaseerd. Dit leidt ertoe dat er hogere autoriteiten zijn die aanspraak kunnen maken door als derde partij zich ertussen te plaatsen en zo een monopolie (alleenrecht) bemachtigen. Bezielde en begeesterde mensen worden teruggebracht tot personen of burgers en tot radertjes in een grotere machine of ambtelijk apparaat, waarbij enkelen in de top het antwoord zouden weten.
Terwijl we tegelijk allemaal wéten dat ieders beleving volledig individueel is en we de facto niets weten over die ander of te weten kúnnen komen, maar dit slechts kunnen aannemen. Dit laatste is de basis van het huidige spel, waarin wordt aangenomen dat mensen enkel in beweging komen als zij daartoe de juiste prikkels krijgen, of dit nu beloning, straf of dwang is. En de hogere machten hebben ook hierop uitsluitend het alleenrecht. Daarom is er een continue strijd om die topposities, waarmee om de heerschappij over het geweldsmonopolie wordt gestreden. Wie is nú weer gerechtigd om alle anderen te verplichten en dwingen tot zijn ideologie?
Een vrije, vredige en voorspoedige gemeenschap kan enkel en alleen bestaan als mensen elkaar kunnen verdragen en uit vrije wil met elkaar overeenstemming kunnen vinden, zonder enige vorm van dwang of geweld. Dit kan ontstaan, als mensen in de gelegenheid komen om elkaar écht te leren kennen. En dit kan vervolgens enkel gebeuren door persoonlijk contact. En daarvoor is afstemming nodig en de mogelijkheid om de eigen stem te laten horen. Ontmoeting. Dit kan in een sfeer van samenwerking, maar zal onmogelijk tot stand komen in een sfeer van strijd, zoals in de politieke arena. De huidige machtsstructuren maken samenwerking daarom zo goed als onmogelijk en iedereen die erin ‘omhoog’ klimt, zal door deze strijd corrumperen. Macht corrumpeert áltijd.
Bij cocratie is het uitgangspunt dat ieder individu een eigen belevingswereld heeft en niemand aanspraak kan maken op de hele waarheid. We zijn allemaal tot op zekere hoogte onwetend. De enige manier om het hele plaatje te ontwaren is door zoveel mogelijk puzzelstukjes bij elkaar te leggen, zoveel mogelijk invalshoeken mee te nemen en zo een zo volledig mogelijk beeld te vormen. Bij cocratie gaat het om de vele individuen die in vrije verbinding met elkaar samenwerken en -leven , zolang zij de vrijheid van ieder ander individu niet schaden, hun wil opdringen of ergens toe dwingen.
Als mensen bereid zijn de verantwoordelijkheid te dragen voor zichzelf en hun medemensen, kunnen zij er uit vrije wil voor kiezen om samen te komen in vergadering. Er ontstaat dan een horizontale verhouding, een onderlinge relatie. Zij vormen samen als ondeelbare deeltjes een groter geheel en tussen hen ontstaat iets wat zij met elkaar gemeen hebben in een gebied. Dit kan bijvoorbeeld een leefgebied, werkgebied, vakgebied of kennisgebied zijn, maar dit is niet hermetisch afgesloten of onderling uitsluitend. Niets of niemand kan het alleenrecht claimen op de gebiedsgrenzen, omdat deze niet vastliggen, maar vloeibaar, open en overlappend zijn, afhankelijk van wat er toe doet, er te doen is en wie er meedoen.
#3 Verhouding
Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, in volledig horizontale verhouding met mijn medemensen leef- en werkgemeenschappen vorm rond de gebieden die ertoe doen en waar iets te doen is. Niemand kan mij dwingen een macht of eenheid bóven mij te erkennen of dulden.
Het derde #ding ontstaat als er een derde partij bij komt. Bij verbinding tussen twee geesten is slechts één lijn, maar nu zijn het er ineens drie. Dan ontstaat een vlak, een gebied tússen hen en ontstaat er gemeenschap. Dat betekent dat je iets met elkaar gemeen hebt, iets deelt en een algemeen belang hebt in dat gebied. Zo’n gemeenschappelijk gebied is ook wezenlijk anders dan persoonlijk bezit en vraagt om onderlinge afstemming en afspraken, omdat in feite niemand het exclusieve alleenrecht (monopolie) erover kan bemachtigen, omdat het iets is van allen en daarom ook ten bate van allen komt.
De basis van het huidige systeem, de orde, ligt besloten in het beroemde en beruchte ‘sociaal contract’, de verticale gezagsverhouding tussen ‘opper’ en ‘onder’, vastgelegd in rule by law. Hierbij wordt impliciet aangenomen dat er zoiets bestaat als een hoogste macht die het morele alleenrecht heeft om over anderen te heersen en hen daarom tot onderdanen (subjecten) mág maken, omdat zij daarmee het ‘algemeen belang’ dient en hen tegen zichzelf in bescherming neemt.
Het is gebaseerd op soevereiniteit, wat qua woordherkomst gelijkstaat aan superioriteit. Er wordt daarbij aangenomen dat dit collectief individualiteit heeft, een eigen persoon is, die wordt vertegenwoordigd door een hoogste macht, zodat een fictief zelf (persoon) kan worden aangenomen van de soeverein en daarmee de inferioriteit van mensen kan worden aangenomen als onderdanen, subjecten, personen of burgers. Echter, buiten het ondeelbare individu is toch écht elke groter geheel deelbaar en dus geen eenheid of individu. Dit geheel is echter weer afbreekbaar, zoals landsgrenzen dit ook zijn. Daarom zijn er ook altijd grensconflicten over, omdát het deelbaar is en er exclusiviteit wordt aangenomen.
Dit idee is ontstaan in de tijd van de verlichting en paste wellicht toen nog goed bij de samenleving die was gebaseerd op een ancien regime met strikte rangorde (hiërarchie) en rangschikking, maar in onze huidige samenleving wordt in rap tempo duidelijk dat dit idee van zo’n monocratie (de neiging om centraal te organiseren en alles één te maken) niet meer van deze tijd is en aan een hercontractering toe is.
Hoewel de ervaring toont dat zo’n monocratisch besturingssysteem op korte termijn voordelen oplevert qua daadkracht, zorgt het op de lange termijn voor ongebreidelde groei en uitholling van het oorspronkelijke bestaansrecht. Met slavernij (verkocht als vrijheid), strijd (verkocht als vrede) en schuld (verkocht als voorspoed) als gevolg. Elke afgescheiden, permanente en gecentraliseerde eenheid gaat een eigen leven leiden dat recht tegen de belangen ingaat van de mensen die het zegt te dienen. Dit leidt tot verdergaande machtsoverdracht naar steeds hogere entiteiten, daar de topmensen het als een deugd zien om te centraliseren en zich daarom verheven voelen, zullen zij dit idee voortzetten.
Datgene wat wij mét elkaar delen, daar hebben we ook mét elkaar iets te doen. Cocratie gaat daarvan uit, van datgene wat wij met elkaar gemeen hebben. Dat zijn de #dingen die ertoe doen en waar we met elkaar iets te doen hebben. De #dingen vormen de gemeenschappen waarin we ons begeven, waar we aan bijdragen en van ontvangen. Deze gemeenschappen vormen zich rondom allerlei gebieden, dit kunnen fysieke leefgebieden zijn, maar ook werkgebieden of kennisgebieden. Zolang er maar @geesten zijn die iets met elkaar delen.
Als er levende gemeenschap is, is er gemeenschapszin en zijn er ook onderwerpen waar men iets mee moet of wil. Een #ding. Het ‘ding’ is in noordwest Europa de benaming voor de volksvergadering én voor het te bespreken #onderwerp. Vandaar de spreuk: “Dat is best wel een ding” en zelfs dinsdag is genoemd naar de dag van het ding. En het kort geding herinnert ons eraan dat er ook recht (gewoonterecht) en wetten werden gesproken, door de mensen zélf, mét elkaar. Het #ding vormt de kern van onze oorspronkelijke manier van organiseren, tenzij het wordt verboden van hogerhand omwille van centralisatie van macht.
Het voornaamste uitgangspunt van cocratie is een 100% horizontale verhouding tússen individuen, die helpt de natuurlijke veelheid maximaal te behouden, zonder er een kunstmatige eenheid van te willen maken en de macht te centraliseren en verenigen tot een eenheid die alles eenkennig, eenzijdig en eenvormig maakt.
Over wetten
Wetten kúnnen bijzonder handige dingen zijn. Het zijn de ‘uitgeharde’ en vastgezette uitingen van afspraken tússen mensen. Maar bij dit woordje ‘tussen’ zit nu de crux. Want de wetten die wij nu kennen, die zijn niet zozeer tússen de mensen tot stand gekomen, waarna deze op papier zijn gezet. Nee, deze worden eerst op papier gezet dóór de ‘representatieve’ partijvertegenwoordiging vóór het volk, waarvan wordt aangenomen dat deze bevolkingsgroepen representeren op basis van verkiezingen. En er wordt aangenomen dat deze wetten een uitgevormde versie zijn van een ‘hogere’ wil, van een vorst dan wel volk.
En vervolgens worden deze via de verticale gezagsverhouding (het ‘sociaal contract’) afgekondigd en gehandhaafd onder dreiging van geweld. De omgekeerde wereld. Laten we wetten niet meer als prikkel beschouwen tot ander gedrag, maar als vastlegging van onderlinge afspraken, als een overeenkomst. Als iets wat mensen mét elkaar overeen zijn gekomen, in 100% horizontale verhouding, omdat zij als peers iets gemeenschappelijks hebben.
Een mooi voorbeeld is de Great Law of Peace van de Haudenosaunee indianenstammen, die met elkaar voor het eerst vrede hadden gevonden en dit hebben vastgelegd in een ‘wet’. Deze wet bestond echter meer uit het verhaal dat zij met elkaar deelden dan de precieze regeltjes. De waarden waren belangrijker dan de normen. Deze wet heeft als basis gediend voor de grondwet van de Verenigde Staten, maar die hebben helaas het verhaal eruit gehaald en het teruggebracht tot de regeltjes (rules to rule). Laten we wetten weer als onderlinge afspraken gaan zien, dan kunnen we er weer mee werken.
Deel B
Over #Dingen
Cocratie draait in de kern om ontmoeting, om vergadering van @geesten die samen iets af te stemmen en overeen te stemmen hebben. Hiertoe organiseren zij uit eigen beweging samenkomsten, vergaderingen, die hen in staat stellen om elkaar te vinden en op die manier direct te besturen, zonder afhankelijkheid van een derde partij of hogere macht waar ze dit aan moeten overlaten.
#4 Vertegenwoordiging
Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, bereid ben de directe vertegenwoordiging op mij te nemen namens mijn medemensen die mij zulks toevertrouwen en mij bekwaam achten. Ik kan aan deze eer geen recht of macht ontlenen óver iets of iemand anders.
Het vierde #ding ontstaat ontstaat als er in de gemeenschap een #ding ontstaat waar geen eenvoudig of eenduidig antwoord op is en niet individueel of bilateraal kan worden opgelost. Dat is het moment om een vergadering bijeen te roepen.
Om tot een schaalbare of zelfs schaalvrije organiseerstructuur te komen is in een monocratisch besturingssysteem heel ingewikkeld. De ervaring toont ons nu dat grootschalige organisatie op deze manier, binnen een piramidestructuur, wel mógelijk is, maar enkel met serieuze bijwerkingen. De kern om zo’n grootschalige piramidestructuur levend en werkend te krijgen en houden is door deling en scheiding. Door de boel netjes te ordenen, op te knippen en het werk te verdelen in functies, taken en verantwoordelijkheden. We zeggen dan tegen elkaar dat het is “georganiseerd”, maar in feite hebben we enkel “geordend” en vastgezet (gevestigde orde). Het is de basis van bureaucratie.
Deze rechtspersonen en hun personen werken daarbij op basis van juridisch beperkte aansprakelijkheid en functionaliteit. Mensen worden gereduceerd tot functionarissen, agenten. Dit legt een enorme beperking op qua schaalbaarheid. En het betekent dat de deling en scheiding ook exponentieel doorzetten. Met elke extra bestuurslaag zijn exponentieel meer hulpbronnen, materieel en menselijk, nodig om hetzelfde effect te bereiken. De wet van de afnemende meeropbrengst. Met de opkomst van grootschalige, centrale organisatie door de uitvinding van de rechtspersoon ontstond tegelijk ook de bureaucratie en de totalitaire staat. Bestuur werd steeds centraler, afstandelijker en onpersoonlijker.
We denken echter, door onze denkgroef dat wij niet in staat zijn onszelf te organiseren, dat dit nu eenmaal is hoe het werkt. Dat er geen alternatief is. Maar dat is een fabeltje. Het klopt dat er geen alternatief is áls je wil centraliseren. En waarom zou iemand dat willen? Bijvoorbeeld om macht of welvaart te accumuleren bij enkelen in een top. Dat is een vrij eenvoudig spel om te spelen, maar vraagt om veel kracht en moeite, in de vorm van kapitaal, om zo’n kunstmatig, levenloos ‘monster’ in beweging te krijgen.
Van oudsher, zelfs ten tijde van het ancien regime, was er een getrapte vertegenwoordiging van onderaf, hoewel die ook was vastgezet en bevolkt door de gegoede burgerij (bourgeoisie) die daar flink belasting voor betaalde in ruil voor privileges (voorrechten die vóór de rechten van anderen kwamen). Van de gemeenten naar de provinciale staten naar de Staten Generaal. In die volgorde. Dit is ruim een eeuw geleden verlaten, maar de restanten zijn nog zichtbaar in de verkiezingen van de provinciale staten en de eerste kamer.
In de huidige orde is hier een variant op bedacht die mogelijk maakt om de schijn van vertegenwoordiging te wekken. En dat is door te werken met indirecte vertegenwoordiging. Via politieke partijen en verkiezingen wordt gestemd op partijvertegenwoordigers waarvan vervolgens wordt aangenomen dat zij in het parlement bevolkingsgroepen vertegenwoordigen, maar dit is wederom slechts een aanname om een piramidestructuur met centrale top te rechtvaardigen. De machtsafstand is enorm en niemand heeft een direct aanspreekpunt.
Zo lang als de mens bestaat, bestaat er ook een eenvoudig alternatief voor deze manier van organiseren. En dat is door te werken met directe vertegenwoordiging. Directe vertegenwoordiging doet geen aannames, maar gebeurt direct vanuit elke gemeenschap in een gebied. Als samenkomen te ingewikkeld of ingrijpend wordt of als iemand niets bij te dragen denkt te hebben of het graag aan iemand anders overlaat, kunnen zij zelf directe vertegenwoordigers selecteren of loten uit hun midden om tot afstemming en overeenstemming te komen. Hierbij geldt dat er geen minimum of maximum hoeft te gelden op het aantal deelnemers. Dat is afhankelijk van het #ding dat voorligt.
Het voortouw wordt daarbij niet genomen door hogere, van arbeid vrijgestelde beroepsleiders die 100% van hun tijd mogen besteden aan machtsuitoefening en macht zien als mogelijkheid, maar door mensen uit het midden van de gemeenschap die het zien als verantwoordelijkheid (#1). Voorgangers, voorlieden, voorlopers. Dit kan in potentie iedereen zijn en er is niet één profiel waar je de geschiktheid aan kan afmeten. Zij zijn ermee vertrouwd en worden ermee vertrouwd. Als ‘gelijkwaardig’ en niet als ‘hoger geplaatst’. Vertegenwoordigers worden direct geselecteerd op basis van kwaliteiten, zoals integriteit en bekwaamheid, en nemen enkel uit vrije wil deel.
Hierbij kan één vuistregel worden gehanteerd: iedere vertegenwoordiger kent iedere vertegenwoordigde persoonlijk. En als dit niet het geval is, betekent dit dat er méér directe vertegenwoordigers nodig zijn. De vertegenwoordigers nemen vervolgens zélf de besluiten en hoeven zichzelf niet op te delen in afgescheiden bestuursorganen. Zij kunnen dergelijke zaken wel oprichten uit praktische overwegingen, zolang er geen permanente machtsoverdracht plaatsvindt en deze op elk moment kan worden teruggenomen.
Directe vertegenwoordiging is vloeibaar, constant veranderend en past zich aan de continu veranderende omstandigheden aan, in tegenstelling tot de gevestigde orde die steeds weer opnieuw zichzelf vast zet. Directe vertegenwoordigers kunnen daarom ook geen aanspraak maken op pluche of uitoefening van macht óver de mensen die zij vertegenwoordigen. En als ze betaald willen worden voor hun inspanningen, zullen ze zelf met de pet rond moeten. Nee, het gebeurt allemaal vrijwillig en vloeibaar. Het ontstaat ‘vanzelf’ op basis van wat er te doen is. Ook de vertegenwoordiging doe je in basis erbij, zoals gemeenteraadsleden dat nog altijd doen. In basis is een politieke bovenklasse helemaal niet nodig en kunnen mensen dit helemaal zelf. Áls zij zichzelf daartoe in staat achten.
Over selectie
Selectie van vertegenwoordigers kan grofweg op drie manieren:
- Kwantitatief (via verkiezing). Dit is de norm op dit moment, maar kent vele nadelen. Het is eenvoudig te manipuleren, maar het grootste probleem is: wat zegt de uitslag nu precies als er geen kwalitatieve uitwisseling heeft plaatsgevonden over de vraag waaróm iemand is verkozen? Het mandaat dat hiermee wordt afgegeven is daarmee ook heel dubbelzinnig, maar geeft wel een vrijbrief om allerlei besluiten te nemen waar van tevoren niets over is gezegd.
- Kwalitatief (via directe selectie uit het midden), zoals hierboven beschreven. Het nadeel van deze methode is dat je alsnog werkt met een soort ‘voorhoede’ die zich kan gaan afscheiden van de rest. Dit vraagt dus óók iets van de vertegenwoordigden om bij de les te blijven en maakt het minder bulletproof dan bijvoorbeeld loting. Directe selectie werkt enkel als voldoende mensen de verantwoordelijkheid durven te nemen voor de integriteit van de gehele keten. Het is wel de enige manier die zorgt dat er niet op systemen hoeft te worden geleund én dat mensen op bekwaamheid worden geselecteerd en uit vrije wil meedoen.
- Via loting. Loting heeft bepaalde voordelen én nadelen ten opzichte van de andere twee methoden. Een voordeel is dat het een eerlijk systeem is en men niet te maken heeft met de last van het selecteren van mensen. Het zorgt er ook voor dat iedereen op een gegeven moment ‘aan de beurt’ komt, waarmee een levendige democratie ontstaat. Bovendien kunnen op deze manier geen mensen zich naar ‘boven’ vechten, want dat kán niet eens. Dit kan tegelijk ook het nadeel ervan zijn: er is veel afwisseling en er komen leken te zitten op plekken waar je wellicht juist ervaringsdeskundigen wil hebben die de lange termijn in het oog houden.
Is er daarmee een ‘beste’ methode? Nee, ze kunnen alle drie toegepast worden, mits het bewust gebeurt. Het laatste wat nodig is, is dat er wederom één methode of techniek het nieuwe dogma wordt. Want dan krijgen we enkel een andere monocratie, maar geen cocratie. Om cocratie te bewerkstelligen op wereldschaal heeft het wel de voorkeur om kwalitatieve, directe vertegenwoordiging als uitgangspunt te gebruiken, omdat je voor grotere (wereld)vergaderingen niet terug wil vallen op loting, dat zou teveel willekeur opleveren. Bovendien kun je op die manier niet een onafgebroken keten ontwikkelen, waarmee verantwoording lastig wordt.
Een voorbeeld om dit te illustreren. Een gemeenschap van een stad van 150.000 mensen kan in de volksvergadering besluiten om een dagelijks bestuur in te stellen via loting. Zij gaan dan de dagelijkse gang van zaken regelen in de stad. Echter, als in de regio die een taalgebied overschrijdt meerdere vergaderingen samen zullen komen, is het niet logisch om mensen te loten om daar naartoe te gaan. Dan zullen mensen worden gekozen die de gemeenschap het sterkst belichamen en praktisch gezien de andere taal kunnen begrijpen en spreken. Het is de combinatie van ál deze instrumenten die cocratie zo krachtig maakt ten opzichte van monocratie.
#5 Vergadering
Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, direct een open vergadering, klein of groot, bijeen roep als zich een #ding voordoet waar ikzelf, mijn medemensen of hun directe vertegenwoordigers mét elkaar afstemming en/of overeenstemming over hebben te vinden.
Het vijfde #ding ontstaat als we bij een volgende bottleneck in de schaalbaarheid van zelforganiserend bestuur aankomen. Wat als er gebiedsoverstijgende #dingen zijn waar afstemming en overeenstemming voor nodig is? Dan beleg je een grotere (geen ‘hogere’) vergadering met meerdere gebieden, waarbij elk gebied haar vertegenwoordigers direct selecteert en naar de grotere vergadering stuurt.
Als we aan vergaderingen denken, komt er gelijk een beeld naar voren van saaie en eentonige meetings, met steeds dezelfde mensen en dezelfde agendapunten. Maar het gaat nog veel verder dan dat. De meeste besluiten die worden genomen in onze instituties en organisaties worden helemaal niet dáár genomen waar deze moeten worden uitgevoerd. Ze worden genomen in achterkamertjes, door mensen die anderen op afstand besturen.
We zijn hier zo aan gewend, dat we het als normaal zien. We weten niet beter. We hebben hiermee echter ook een administratief waterhoofd en bureaucratische bovenklasse geschapen die op zichzelf geen waarde toevoegen, maar voor anderen moeten bepalen hoe zij horen te werken en leven. En met elke extra bestuurslaag wordt het meer afstandelijk en eenvormig. Monocratisch.
Bovendien zijn we sinds de verlichting nogal gehecht geraakt aan het idee van de ‘scheiding der machten’, zoals in de trias politica. Om de macht van een absoluut vorst in te perken was dit een goed idee, maar om een democratie mee vorm te geven zit die scheiding eerder in de weg, want het leidt tot enorme fragmentatie van allerlei instituten, autoriteiten en agenten die allemaal hun ‘bureau’ verdedigen en strikte scheidingen aanbrengen om aansprakelijkheid te beperken. De verticale machtsscheiding bestaat nog steeds.
Bij cocratie is de vergadering zélf het bestuur en er wordt direct bestuurd als er wordt vergaderd. Meer is in basis niet nodig. En alles kan daar gebeuren. Er kunnen besluiten worden genomen, contracten worden afgesloten én rechtgesproken. Het kort geding herinnert ons eraan dat dit tijdens het #ding plaatsvond.
Deelname bij zo;n vergadering is niet voorbehouden aan enkele uitverkorenen of voorwaardelijk, het staat ieder individu vrij om te deel te nemen als zij zich daartoe geroepen voelen, door te spreken dan wel te luisteren. Het is zowel niet-uitsluitend (non-exclusief) als niet-insluitend (non-inclusief), want niemand kan iemand ergens toe dwingen, omdat niemand bevoegd is om iemand de toegang te ontzeggen of verplichten, zoals nu bijvoorbeeld bij jongeren gebeurt.
Omdat niemand zijn tijd wil verdoen, zal de vergadering als vanzelf een natuurlijke grootte aannemen. Deze kan zo klein of zo groot zijn als het #ding dat voorligt. Als het enkelvoudig en eenvoudig is, kan het met enkelen worden afgedaan (een ‘raad’). Als het meervoudig en complex is, kan de hele gemeenschap samenkomen. In het kloppend hart van de oorspronkelijke democratie, de #volksvergadering van Athene (Ekklèssia), kwamen bijvoorbeeld wekelijks 5.000 mensen samen die mét elkaar het laatste woord hadden en hielden. Zo varieert de grootte van een #alding (zoals het parlement van IJsland heet, het ‘ding voor allen’) met allen, tot een #ding met velen, of eventueel tot een #raad met enkelen. In die volgorde, want herinner: de enig mogelijke macht ligt bij de mensen zelf!
De basis van de vergadering is in beginsel niet ‘de agenda’, maar de open kernvraag: “Wie wil de vergadering toespreken?” De vorm is verder vrij, vloeibaar en veelvormig en niet vast en eenvormig. Daarbij staat niet het partijdige debat en de platte meerderheidsstem centraal, maar het goede gesprek en de constructieve discussie, de kwalitatieve uitwisseling van gedachten en gevoelens. Een vergadering kan wel besluiten een voorbereidend orgaan in te stellen, dat zorgt dat de vergaderingen goed zijn voorbereid en men zich volledig kan richten op de kwaliteit van het gesprek. Maar in basis is zelfs dát niet nodig.
Het doel is mét elkaar tot een vorm van overeenstemming te komen. Als dit is bereikt, wéten alle aanwezigen dit direct, daar dit één van de meest vervullende ervaringen is die een mens kan meemaken. Het leidt tot zorgvuldige en duurzame besluiten met eigenaarschap waar zelden over gestemd hoeft te worden of terug naar de tekentafel hoeven.
Maar er is meer. Door de volksvergadering in ere te herstellen, als kloppend hart van de gemeenschap, ontstaat ook social fabric, waarmee mensen elkaar en zichzelf leren kennen. En dit is het ware fundament voor een duurzame gemeenschap. Door te werken aan cocratie ontstaat een zeer eenvoudige en vloeibare organiseerstructuur in twee richtingen die daarmee enorme complexiteit kan dragen. Van klein tot groot (directe vertegenwoordiging) en van groot terug naar klein (directe verantwoording). Zo ontstaat een directe, getrapte vertegenwoordiging, bijvoorbeeld voor Nederland van wijk naar gemeente, naar provinciale staten, naar Staten-Generaal, naar Europa en naar de wereld. In die volgorde en niet andersom.
#6 Verantwoording
Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, bereid ben om directe verantwoording af te leggen over mijn woorden, keuzes en daden. Ik draag zorg voor de integriteit van de gehele keten van directe vertegenwoordiging en vergadering, van kleinste deeltje tot grootste geheel.
Het zesde #ding ontstaat als we bij de laatste bottleneck in de schaalbaarheid van zelforganiserend bestuur aankomen. Om cocratie op te kunnen schalen tot op wereldschaal is nog één ding van essentieel belang. Want hoe kort de lijnen ook zijn, op een gegeven moment ontstaat er een steeds langere keten, waarin de afstand tussen kleinste deeltje en grootste geheel groeit. Daarom is van belang dat directe vertegenwoordigers ook directe verantwoording afleggen aan de mensen die zij vertegenwoordigen.
In onze huidige bestuurscultuur is het zo goed als onmogelijk om de partijvertegenwoordigers ter verantwoording te roepen. Door middel van de politieke partijen, maar ook door alle bestuurslagen zijn effectief glazen plafonds geschapen die leiden tot zwijgrangen en een besturende bovenklasse die zich weinig tot niets hoeft aan te trekken van de effecten van hun besluiten en daden.
Verantwoording is in een monocratisch besturingssysteem dan ook vooral een rituele dans. Er worden commissies opgericht, allerlei autoriteiten mogen van alles vinden, er worden eindeloze rapporten opgesteld die enkel in lades verdwijnen, maar als er werkelijke misdaden worden begaan, dan is uiteindelijk niemand aansprakelijk en worden de verantwoordelijke personen naar een ander bureau gebracht, waar zij hetzelfde wéér doen.
Maar het grootste probleem is nog wel dat de gemiddelde burger niemand heeft om direct aan te spreken. Er is geen aanspreekpunt. En als die er al is, dan heeft die weinig in de melk te brokkelen, omdat de echt macht altijd hoger ligt. Dit zorgt ervoor dat er geen lerend vermogen ontstaat binnen zo’n piramidestructuur, maar dat deze zelfs actief wordt tegengewerkt.
Zo werkt cocratie in de praktijk: Elke lokale gemeenschap heeft een vergadering, elke regio heeft een vergadering, elk land heeft een vergadering, de wereld heeft een vergadering. Dus elke vergadering is zelf een geheel én een deel van het grotere geheel. Het werkt holografisch. Dit betekent dat problemen worden opgelost op het kleinst mogelijke niveau (subsidiariteit). Een grotere vergadering heeft niets te zeggen over iets wat door de kleinere vergadering zelf kan worden afgehandeld. Pas als een probleem niet op het kleinste niveau kan worden opgelost, kan met behulp van vertegenwoordiging worden opgeschaald naar een grotere (geen ‘hogere’) vergadering. Dit beginsel maakt dat het zichzelf zal beperken, omdat het in de structuur is ingebakken.
Links is een eenvoudige vertegenwoordiging van de eerste schaalgrootte. Hier komen meerdere individuen samen om het over het centrale ding te hebben. In het midden, tweede schaalgrootte, komen drie vergaderingen bijeen via vertegenwoordiging. De rechter afbeelding toont een vertegenwoordiging van de derde schaalgrootte. De bruine lijnen daarin tonen de onafgebroken keten van vertegenwoordiging en verantwoording. De cirkel eromheen toont het ‘grotere’ #ding, waarbinnen de ‘kleinere’ #dingen zich afspelen. ‘Kleiner binnen groter’, niet ‘hoger boven lager’. Dit holografische beginsel kan oneindig worden opgeschaald.
Zo weet ieder individu op elk moment wie iemands vertegenwoordiger is, van de kleinste tot de grootste vergadering, omdat er een onafgebroken keten van vertegenwoordiging bestaat. Dit betekent ook dat ieder individu een direct aanspreekpunt heeft waarbij men terecht kan, iemand die men daadwerkelijk persoonlijk kan kennen en de hand kan schudden. Deze verantwoording is vooral inhoudelijk, door een goed gesprek met zo iemand aan te gaan en direct de eigen zorgen of ideeën te delen. Zo kunnen mensen zélf de zwakste schakels in de keten vervangen en ketencorruptie corrigeren en wordt de integriteit van de keten door de mensen zélf gewaarborgd, daar het een verantwoordelijkheid van allen is.
Deze verantwoording is geen eenrichtingsverkeer (unilateriaal), maar tweerichtingsverkeer. Van de vertegenwoordiger naar de vertegenwoordigden en andersom. Alleen dan is het verantwoord. De vertegenwoordiger heeft ook de taak om de vertegenwoordigden bij de les te houden, zodat zij niet rustig achterover gaan leunen, omdat zij hun verantwoordelijkheid hebben verlegd en denken dat het wel geregeld wordt. Want het gevaar ligt altijd op de loer dat vertegenwoordigers het hoog in hun bol krijgen en zich alsnog afscheiden en in afzondering macht óver anderen gaan uitoefenen. Daarnaast zal elke vertegenwoordiger op een gegeven moment tegen de grenzen van het eigen kunnen aanlopen als de #dingen te groot en complex worden. Niets menselijks is ons vreemd.
Met directe vertegenwoordiging en verantwoording ontstaat een getrapt, holografisch stelsel van vergaderingen, waarbij steeds uit het midden vertegenwoordigers worden gekozen die in den lijve aanwezig (tegenwoordig) zijn om met anderen van gedachten te wisselen en tot overeenstemming te komen, waarmee zij terugkeren naar hun vertegenwoordigden, die hen direct ter verantwoording kunnen roepen. De lijnen zijn zo kort en de drempels zo laag mogelijk en er kan zelfs op wereldschaal tot gedegen en gedragen organisatie worden gekomen, zonder dat het aan anderen hoeft te worden gelaten.
Over de dingstructuur
Het #ding is de kern van elke oorspronkelijke manier van organiseren. En van cocratie. Tenzij het van hogerhand wordt verboden, zodat een monocratie kan worden gesticht. Of zoals Jean-Jacques Rousseau in 1762 al zei: “Deze vergaderingen van het volk (…) zijn de gezaghebbers altijd een gruwel geweest: zij sparen dan ook zorgen noch bezwaren, moeilijkheden noch beloften om er de burgers van af te schrikken. (…) Door de volksvergaderingen niet meer toe te staan bijeen te komen (…) maken alle regeringen ter wereld, wanneer zij eenmaal de openbare macht uitoefenen, zich vroeg of laat meester van het soeverein gezag.” Als dit wordt belemmerd door hogere machten, tonen zij daarmee hun ware gezicht als vijand van het volk.
De kunst is daarom om mét elkaar een structuur van volksvergaderingen op te zetten die past bij jullie gemeenschap, bijvoorbeeld jullie wijk of gemeente. Dit betekent dat met regelmaat (maandelijks of wekelijks) hoe dan ook een #ding op de agenda komt te staan, of er nu #dingen te bespreken zijn of niet, zodat het volk altijd de kans heeft om zich uit te spreken en zelf de besluiten kan nemen.
Het kan zo zijn dat er een bepaalde leegte ontstaat bij de eerste #dingen. En dat is normaal, we zijn namelijk niet meer gewend om zelf over onze gemeenschap na te denken en zelf besluiten te nemen. Dit hebben we uitbesteed. Gun elkaar daarom de tijd en de ruimte om vooral elkaar te leren kennen, zodat social fabric kan ontstaan en dan volgen de juiste #dingen en besluiten vanzelf.
Begin en eindig daarom altijd met de kernvraag: “Wie wil de vergadering toespreken?” en laat het verder ontstaan. Zoek daarbij de vorm die het beste bij jullie gemeenschap past. Leg de gemaakte besluiten, ook rechterlijk, vast in een dingboek, zodat jullie na verloop van tijd patronen kunnen ontdekken en steeds beter worden in jullie zelfbestuur en zelforganisatie. En tot slot: probeer te allen tijde te voorkomen dat jullie dit uitbesteden aan anderen.
Deel C
over !Vruchten
Na de @geesten en de #dingen is het de beurt aan de !vruchten die we kunnen plukken van cocratie. De komende drie dingen zijn daarom ook geen ‘rechten’, iets waar je zomaar aanspraak op kan maken door dit van anderen te eisen, omdat het ooit op papier is geschreven, maar vruchten, omdat je er met elkaar hard aan hebt gewerkt. Vrijheid, vrede en voorspoed zijn de vruchten van de arbeid die het leven vreugde geven. Als de voorgaande dingen niet op orde zijn, loopt de gemeenschap gevaar het tegenovergestelde te ontvangen: slavernij, strijd en schuld.
#7 Vrijheid
Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, door de verantwoordelijkheid voor mezelf en mijn medemensen te nemen, in staat ben in volle vrijheid te leven en niets of niemand mij of mijn medemensen deze vrijheid kan ontnemen, tenzij ik dit uit vrije wil toesta en immer kan intrekken.
Het zevende #ding is de eerste vrucht van het samen werken aan cocratie. Vrijheid wordt in de westerse wereld gezien als een voorwaarde, als een grondrecht, maar in werkelijkheid is het iets wat je moet verdienen. Het is een verdienste. Er is niemand die jou vrijheid kan geven of schenken. Sterker nog, als dit zo werkt, ben je per definitie onvrij, omdat jouw vrijheid afhankelijk is van de autoriteit van iemand anders, meestal boven jou. Daarom is vrijheid in onze huidige samenleving ook een onmogelijkheid. Omdat alles en iedereen is ingelijfd (geïncorporeerd) in een soevereine (superieure) eenheid, ben je als vanzelf een subject, een onderdaan die is onderworpen aan allerlei voorschriften (regels) die van hogerhand zijn bedacht.
Vrijheid draait om de vrijheid om te kunnen kiezen. Om te beslissen en beschikken. In onze westerse wereld heeft de zogenaamd ‘vrije’ mens echter nooit het laatste woord. Want uiteindelijk is er altijd een hogere macht die kan beschikken en beslissen over jouw lijf en goederen. Anderen kunnen besluiten om jouw vrijheid te ontnemen of jouw vermogen, roerende of onroerende goederen te ontvreemden.
Het ‘vrije’ westen heeft zichzelf daarmee gebonden. Tot moderne slavernij veroordeeld. Inclusief álle mensen die zogenaamd aan het roer staan. Zij zijn allen agenten van de wet, daar de wet nu eenmaal regeert (rule by law). De orde zoals wij deze kennen schept enkel onderdanen. Alle vrijheid die wij kennen is voorwaardelijk, afhankelijk van het oordeel van hoger geplaatsten. En de rechten die wij denken te hebben zijn tegelijk een excuus om legaal mensen de rechten en vrijheid te kunnen ontnemen.
We gedragen ons niet als geesten en mensen, maar als personen en burgers. Kleinburgerlijk en onverantwoordelijk. Het ligt altijd aan iets of iemand anders, buiten onszelf. En de oplossing moet vanzelfsprekend óók daarvandaan komen. Onvolwassen, kinderlijk. Opkijkend naar vader en moeder. Dat is geen vrijheid, maar burgerlijkheid. We staan vooraan om onze rechten op te eisen en proberen onze plichten af te kopen, het is niet gek dat de belastingen zo hoog zijn.
Om onszelf hiervan te bevrijden, is het aan ieder van ons om onszelf te individueren. Dat wil niet zeggen dat we individualistisch moeten worden, maar onszelf leren kennen als de cocreator die iedere geest van zichzelf is. En dat kunnen we niet doen door op een steen te wachten op verlichting (negatie(f) of ontkenning), maar door zelf te beschikken en beslissen, dus keuzes te maken, in de echte wereld (positie(f) of erkenning).
#8 Vrede
Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, op basis van al het voorgaande, kan werken aan vrede in mijzelf, mijn gemeenschappen en de wereld. Ik verricht of accepteer geen enkele daad van agressie, ingrijpen, geweld of dwang vanuit mijzelf of anderen jegens mijzelf of anderen.
Het achtste #ding is de tweede vrucht van het samen werken aan cocratie. Vrede wordt, net als vrijheid, ook gezien als een voorwaarde voor een goed leven, maar ook vrede is een verdienste. Iedere geest vraagt zich op een gegeven moment af waarom er kwaad bestaat. En oorlog. Want als alles goed is, dan kan dat toch niet bestaan?
‘Goed’ en ‘kwaad’ worden in onze huidige samenleving gepresenteerd als twee uitersten. Het is het één of het ander. Alsof ze elkaar uitsluiten. We denken in polariteiten, tegenovergestelden. Terwijl ze altijd één geheel vormen, net zoals de kleuren in het hele kleurenpalet. Ze lijken gescheiden, maar vormen een totaal spectrum. Het is daarom ook geen strijd die wordt gevoerd, geen oorlog tussen goed en kwaad.
Nee, het is een uitwisseling van perspectieven, van invalshoeken. Als die elkaar ontmoeten (niet ‘botsen’), ontstaat een creatieve spanning. Die kunnen we zien als conflict óf als kans. Want die spanning vraagt om een uitweg, een uitdrukking (expressie). Deze kan soms contra-productief zijn, maar is veel vaker juist productief. Tenminste, als we bereid zijn om naar de ander te luisteren. En er niet een debat van maken met winnaars en verliezers, maar zoeken naar een win-win in een constructieve discussie (uitwisseling) of dialoog.
En als we deze goedheid in onszelf ontwikkelen, door het goede te doen, zal kwaad niet meer hoeven bestaan en is vrede een logisch gevolg. De strijd in onszelf lost dan op en daarmee ook de strijd in de buitenwereld. We hebben geen agressie of macht meer nodig om ons gelijk te halen of te doen kennen in de wereld. Omdat we steeds elkaar vertellen dat deze wereld onvolmaakt is en het heil (ideaal, idealisme) ergens anders ligt, in de toekomst of in een utopisch heilland, blijven we met elkaar dit tekort scheppen en herscheppen.
Cocratie is daarom geen idealistische, maar een optimistische werk- en levenshouding, waarin niet wordt aangenomen, maar waargenomen wat de huidige toestand is en naar een volgend optimum kan worden gestreefd. De kern ervan is dat de wereld zoals deze nu is, is zoals deze is. Daar kunnen we niets meer aan veranderen. Maar we kunnen er wel vrede in vinden. Ongeacht hoeveel oorlog, strijd en kwaad er ook om ons heen is. Of hoeveel goedheid er ook lijkt te ontbreken. En op basis van deze innerlijke vrede kunnen we met elkaar werken aan uiterlijke vrede, in de buitenwereld. Van binnenuit en niet van van buitenaf. Op deze manier kán het. Als mensen met innerlijke strijd de buitenwereld willen helpen, zullen zij, ondanks álle goede bedoelingen, enkel meer strijd gaan scheppen.
#9 Voorspoed
Ik verklaar hierbij dat ik, als cocreator, ál mijn medemensen en mijzelf van harte deze verantwoordelijke vrijheid en vrede gun en mét hen wens te werken aan voorspoed voor een ieder, zonder iets of iemand te misbruiken of misleiden voor eigen of andermans gewin.
Het negende en laatste #ding is de derde vrucht van het samen werken aan cocratie. Voorspoed lijkt in onze westerse wereld een gegeven, maar dit komt met een hoge prijs. Want het is gebaseerd op exclusie, uitsluiting van anderen. En het onderwerpen van die anderen aan de gevestigde orde om daarvoor te werken als onderdaan. Daarbij worden zij verleid om hun arbeid te verkopen aan hogere machten in de piramide, die zichzelf hebben vrijgesteld van arbeid en gehoorzaamheid en door deze soevereiniteit daarvan de vruchten mogen plukken.
De basis voor de moderne variant van slavernij ligt niet in het persoonlijk bezit, maar in het eigendom. Dat zijn twee wezenlijk verschillende zaken. Eigendom gaat niet over wat tot iemands persoonlijke bezittingen behoort, maar wat iemand zich kan toe-eigenen op basis van macht. En daarbij gaat het er niet om wat iemand op papier in direct eigendom heeft, maar vooral waarover iemand kan beschikken en beslissen, want die beslist. En dan zie je dat in de westerse wereld geen enkele persoon iets bezit, omdat er altijd een hogere macht is die erover kan beschikken. Eigendom is daarmee geen recht, maar een voorrecht (privilege), waarmee je anderen kunt uitsluiten en een valse voorsprong schept. Zeker in combinatie met erfrecht en allerlei juridische trucs, zoals patenten. Deze papierwinkel helpt ons niet vooruit, maar helpt enkel de gevestigde orde zichzelf te beschermen (protectionisme) en te herbevestigen.
Wat daar nog bij komt is dat ons volledige systeem is gebouwd op schulden. We plegen roofbouw naar toekomstige generaties en de mensen onderin de piramide, die worden uitgeknepen voor ‘ons’ gewin op basis van ‘regeltjes’, maar nog meer voor het gewin van de mensen in de top van de piramide. Daarmee bestaat er enorme ongelijkheid in de hele wereld, maar heeft bijna niemand eigen standing, is niemand zelfstandig, maar is in het onderhoud volledig afhankelijk van anderen, inclusief de top.
Het overgrote deel van de mensen is daarom veroordeeld tot het verkopen van hun lijf of hoofd, hun arbeid. Vrije mensen met innerlijke vrede laten zich niet betalen voor hun arbeid, want dat betekent dat zij slaven zijn van anderen, die de vruchten van hún arbeid mógen plukken. Nee, vrijen verdienen hun brood met de vrucht van hun arbeid. Wat zij daadwerkelijk geproduceerd hebben. Hun prijs bepalen zij zelf en laten zich niet regeren door anderen, omdat zij zelfwaarde hebben, weten wie zij zijn en wat zij waard zijn, omdat zij geen schuld hebben en zelfstandig zijn.
We denken in deze tijd dat we op het hoogtepunt van de beschaving leven en dat alles alleen maar minder kan worden, omdat we op weg zouden zijn naar onze ondergang, maar we houden onszelf en elkaar volledig voor de gek. We staan voor een overgang. De bevrijde slaven uit de 19de eeuw, toen zij in de vrije wereld kwamen, keken hun ogen uit. Zij zagen dat de vrije mensen stuk voor stuk welvarender en gelukkiger waren dan hun vroegere slavenhouders. En zij dachten dat de slavenhouder de rijkste man op aarde was.
We hoeven niet ‘minder, minder’ voor onszelf, maar we hoeven enkel met minder lagen toe. De enorme verspilling in de wereld is het gevolg van onze enorm oneerlijke en inefficiënte manier van organiseren, waarmee we spullen die we lokaal kunnen produceren van de andere kant van de wereld halen. Hetzelfde geldt voor onze zeggenschap. We laten besluiten nemen aan de andere kant van de wereld, die we prima zelf kunnen nemen. En er is een enorme, besturende bovenklasse die (noodgedwongen) parasiteert op de scheppingskracht van anderen onder zich.
Als we de zeggenschap over onze eigen productie weer terughalen naar de plek waar het nodig is, kunnen we enorme overvloed scheppen, zonder grote verspilling. We kunnen en hoeven de last dan niet langer te verleggen en zoeken de oplossing in eigen kring, in plaats van buiten onszelf. Zo kunnen we onze eigen technologie gaan scheppen en deze vrijelijk delen met onze medemensen in andere gebieden, omdat we hen daadwerkelijk alles gunnen zoals onszelf. We hoeven dan niet meer iets bij die ander te veroveren, maar kennis delen over hoe zij er zelf over kunnen beschikken.
We hoeven niet één te worden. We hoeven enkel mét elkaar de afstemming te zoeken. De start van een gouden tijd op aarde start met onszelf en de gewaarwording dat ieder van ons individueel ons eigen tekort schept, omdat we denken dat we afgescheiden zijn van onze medemensen. Terwijl alles wat we nodig hebben aanwezig is in onszelf. Het ligt binnen handbereik als we onszelf op een betere en eerlijker manier weten te organiseren. En daarbij is één ding zeker. Die betere en eerlijke verdeling gaat er nóóit komen, zolang wij denken dat anderen dat vóór ons moeten regelen.
Tot slot nog dit: Wie betaalt, bepaalt. Wie bepaalt, beschikt. En wie beschikt, bezit. Om met een schone lei te beginnen werden aan de vooravond van de Atheense democratie álle schulden kwijtgescholden verklaard (een soort ‘jubeljaar’). Iedereen was weer vrij om eigen keuzes te maken en zélf de vruchten van de arbeid te plukken, waarmee een gouden tijd kon aanbreken voor állen, waartoe de #volksvergadering (Ekklèssia) zélf had besloten. Bovendien bestonden van oudsher overal lokale, volledig zelfstandige banken die hun eigen geld uitgaven en dit onderling afstemden zonder hogere autoriteit.
Eindpunt
De overgang
Hoewel de dingen niet zo best werken, kunnen we onze creatieve kracht wel degelijk richten op een betere wereld. Alle voorgaande negen #dingen dragen daaraan bij. Het enige wat ons in de weg staat, dat zijn onze eigen beperkende overtuigingen en een kleine dosis goede wil. Want om cocratie te doen werken, zijn we niet afhankelijk van hogere machten. Organiseer zelf eens een #ding, samen met je medemensen, over dat wat er toe doet en er te doen is. En zo draag je zélf direct bij aan een wereld van vrijheid, vrede en voorspoed. En vreugde.
En wellicht is nog het mooiste van alles: er hoeft geen ‘ondergang’ te zijn, want de ‘overgang’ naar cocratie kan zich vredig, zonder geweld of revolutie, voltrekken. Maar hier zit wel één ‘maar’ bij. Want het is afhankelijk van ieder van ons. Van onze eigen verantwoordelijkheid. Mensen zijn, naast krachtige en vredelievende, óók halsstarrige en weerbarstige wezens die de meest uiteenlopende redenen hebben om wel of niet het goede te doen. Deze eigenschappen maken de mensen tegelijk ook interessant en boeiend en we moeten anderen niet willen veranderen, maar enkel onszelf.
Het enige wat ieder van ons staat te doen is recht te zetten wat krom is. Door onze verantwoordelijkheid te pakken en een basiskeuze te maken. A) Kies ik niet en blijf ik onbewust de gevestigde ‘ene’ wereldorde, gebaseerd op regels, stutten en als medeplichtige agent meewerken aan de onvermijdelijke eenwording én ondergang van het monocratische monster, waarbij enkelen elders de zure vruchten plukken van de slavernij, strijd en schuld van velen. B) Of kies ik wél en ga bewust als cocreator mét mijn medemensen meewerken aan gemeenschapszin, gebaseerd op de veelheid van ons begeesterde mensen zélf, waarin mensen mét elkaar in 100% horizontale verhouding samenwerken en -leven en zo zélf de vruchten kunnen plukken van vrede, vrijheid en voorspoed.
De keuze is aan jou. Want jij beslist. Als enige. En niets of niemand anders kan dit vóór jou doen. Wil jij ook werk maken van cocratie? Organiseer jezelf dan, met jouw medemensen, in de gebieden en gemeenschappen die er voor jou toe doen. En organiseer dan mét elkaar een #ding, hoe groot of klein het ook mag zijn. En zorg dat je de zeggenschap bij je houdt en niet uit handen geeft. Want dat hoeft niet. Als je wil opschalen, kun je eenvoudig een groter #ding organiseren met andere gemeenschappen en onderling afstemming zoeken, zonder de eigen identiteit in te hoeven leveren. Zo kunnen we bouwen aan een vrije, vredige en voorspoedige wereldgemeenschap, waarin er maximale diversiteit bestaat en we maximaal de vruchten kunnen plukken van ieders creaties. Wij zijn hiertoe in staat. Écht.